Een pleidooi voor een low profile, ondogmatisch en
anti-institutioneel christendom, op die manier lees ik de zeven
richtingaanwijzers voor een nieuw soort christendom die de uitkomst zouden zijn
van 7keer7, een zoektocht naar een nieuw soort christendom. Deze richtingaanwijzers werden door Karel Smouter uitgewerkt in een artikel op De Correspondent. Tegenover het
christendom dat hij voor ogen heeft wil ik een robuust dogmatisch en kerkelijk
christendom poneren.
Ik steek in bij de eerste stelling: ‘(stop met geloven en)
word een leerling’. Als ik de stelling, die zich kenmerkt door onhelder
taalgebruik, goed begrijp dan is leerling zijn ongeveer het tegenovergestelde
van in dogma’s geloven. Als ik echter de evangeliën goed lees dan is de
essentie van leerling-zijn leren. Jezus verzamelt 12 leerlingen om zich heen
die niet alleen zien wat Hij doet, maar ook naar behoorlijk lange preken
luisteren waar Jezus steeds opnieuw iets over zichzelf, zijn missie en zijn
koninkrijk onthult. Na 15 lange hoofdstukken stelt Jezus in Mattheüs 16 de
vraag: ‘wie denken jullie dat ik ben?’ Het antwoord is: ‘U bent de Messias, de
Zoon van de levende God’. En Petrus krijgt een groot compliment, hij heeft het
juiste antwoord gegeven, hij is een goede leerling. Leerling zijn betekent dat
je doorkrijgt met Wie je in Jezus te maken hebt. En het is, zoals uit de
woorden van Jezus blijkt, een zaak van levensbelang om dat helder te zien.
In feite verwoordt Petrus hier heel kort het eerste dogma:
een mensenzoon die tegelijk Zoon van God is: een machtige belijdenis, en
tegelijk een groot geheimenis dat er om vraagt om verder doordacht te worden.
De vroege kerk was dan ook niet alleen met woordspelletjes bezig toen ze in de
loop van een paar eeuwen steeds nauwkeuriger nadacht over wat hier precies
gezegd wordt. De kerk was met een zaak van levensbelang bezig toen ze de grote
dogma’s van de triniteit en de tweenaturenleer formuleerde. Jezus, zijn missie
en zijn koninkrijk komen in de lucht te hangen als we niet scherp zien wie Hij
is.
Het mooie is dat het instituut kerk door alle eeuwen heen,
en door alle menselijk gerommel heen, deze dogma’s heeft bewaard, gekoesterd,
geherformuleerd en uitgedragen in sacramenten, preken, muziek, kunst,
architectuur (gebouwen) en theologie. Alleen daarom al is de derde stelling: ‘(stop
met de kerk en) ontmoet elkaar’ erg jammer. Wat de kerk, de ene keer wat gelukkiger
dan de andere keer, altijd weer heeft gedaan en moet blijven doen is het dogma
voor gelovigen op zo’n manier tot leven brengen dat de gemeente er blij van
wordt en gaat zingen. En de combinatie van een gewijde ruimte, een theologisch
geschoolde voorganger met een goede preek, kwalitatief goede muziek en
eerbiedig gebruik van de sacramenten is een heel goed middel om de lofprijzing
bij de gelovigen naar boven te halen. En waar die lofprijzing één keer bij
mensen op de lippen ligt heeft dat ook het effect in hun leven.
Volgens mij is het Tom Wright die in een van zijn
geschriften het paradoxale gegeven meldt dat er in kerken die helemaal niet zo
bewust bezig zijn met het verbeteren van deze huidige wereld juist veel
gelovigen zijn die in deze wereld de handen uit de mouwen steken om haar tot
een betere plek te maken. Gewoon omdat de ontmoeting met de levende Heer in de
traditionele kerk hen veranderde en ze een warm hart heeft gegeven voor de
wereld om hen heen. Dit heeft Smouter trouwens ook wel gezien. In het eerste
deel van zijn artikel steekt hij nog de loftrompet over gewone christenen die
de participatiesamenleving van Rutte mogelijk maken. Dan vraag ik me af waarom
hij in het tweede deel het instituut dat deze gelovigen heeft voortgebracht min
of meer af wil schaffen.
Ik geloof in een christendom waar het woord dogma geen vies
woord is, waar de theologie de eer heeft om dogma’s te herformuleren en te
actualiseren tot een boodschap die de harten van gelovigen vandaag weet te
raken. Want gelovigen veranderen de wereld als ze geïnspireerd raken door het
dogma dat ze via de kerk ontvangen, het dogma dat uiteindelijk altijd weer een
antwoord is op die ene vraag die Jezus stelde: ‘en jullie, wie zeggen jullie
dat ik ben?’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten