zondag 19 oktober 2014

Wat moet ik met Prediker?

Het minste wat je van het boek Prediker kunt zeggen is dat het prikkelt en jeukt. Het geeft geen geijkte antwoorden en oplossingen maar werpt vooral nieuwe vragen op. En als je het leest kan zomaar de vraag bij je opkomen wat dit boek eigenlijk in de Bijbel doet. Horen we in dit boek nou Gods stem of niet?

Dat deze vraag heel oud is blijkt hieruit dat er aan Prediker een naschrift is toegevoegd. In dat naschrift vinden we eerst een aanbeveling om het boek te lezen. Prediker was een wijs man, hij heeft nagedacht over wat hij schreef om er zo’n waarheidsgetrouw mogelijk boekje van te maken. Zijn woorden prikkelen tot nadenken en handelen, en daarom horen we er de stem van de ene Herder in (12:9-11).

Maar in dat naschrift vinden we ook een poging om Prediker te nuanceren, of wellicht zelfs te corrigeren. In de eerste plaats kun je zo geobsedeerd zijn door het verzamelen van wijsheid door te lezen en te schrijven, dat je er doodmoe van wordt. En in de tweede plaats moet je vooral Gods geboden niet vergeten want God zal je uiteindelijk daarop beoordelen (vers 12-14). Is dit nu een poging om Prediker orthodoxer te maken dan hij is? Want Prediker zelf is nog niet zo zeker van het oordeel van God (bv. 8:10-15), al lijkt hij in 11:9 er ineens wel in te geloven. En Gods geboden noemt hij al helemaal nergens.

Hoe het ook zij, het houden van Gods geboden is niet in tegenspraak met de opdracht om te genieten. Juist het houden van de goede geboden van God ordent het leven op zo’n manier dat er ruimte ontstaat voor genieten. Maar inderdaad, Prediker zelf noemt het niet.

Daarmee is de vraag of Prediker een goed boekje is nog niet beantwoord. Want als we de boodschap van Prediker kort samenvatten ontstaat het volgende beeld:
God is in de hemel, en jij bent op de aarde. God leidt en bestuurt alles, maar jij hebt geen idee wat Hij doet. Je kunt je eigen leven niet eens plannen en je bent al helemaal niet in staat om de wereld te veranderen. Daarvoor is het kwaad veel te machtig. Het gaat je niet lukken om het kwaad uit te bannen. Het is al heel wat als het je lukt om zelf uit de greep van het kwaad te blijven. En hoe hard je ook werkt en wat je ook presteert, uiteindelijk ga je dood. En dood is dood. Daar is niks zinvols aan. Dat is de uiterste leegte. Het enige wat het leven zin geeft is het leven zelf. Genieten is het hoogst haalbare. 
Dit is toch een boodschap die niet direct christelijk aandoet. Christendom gaat voor het gevoel van velen toch voornamelijk over het leven na dit leven, over Jezus, de zoon van God die naar de wereld kwam om mensen te redden, over het kiezen voor Jezus waardoor je na je dood bij God in de hemel mag zijn. En natuurlijk moet je goed doen in deze wereld, maar uiteindelijk gaat het daar niet om en moet je vooral oppassen dat je niet teveel opgaat in het genieten van deze wereld. Vraag je aan een willekeurige christen waarom Jezus naar de aarde kwam, dan is de kans groot dat je als antwoord krijgt: om te sterven aan het kruis voor onze zonden, zodat ik eens bij God kan zijn.

Als Jezus begint met preken, zet hij niet zijn dood in het centrum van zijn verkondiging, maar het koninkrijk van God: “Het koninkrijk van God is nabij, bekeer je en geloof de goede boodschap” (Marcus 1:15). Zijn boodschap heeft te maken met Gods koninkrijk dat in deze wereld doorbreekt. En dat in zijn eigen persoon aanwezig is.

Als ik de eerste hoofdstukken van de evangeliën lees dan overvalt mij altijd een lenteachtig gevoel. Overal waar Koning Jezus zijn voetstappen zet breekt de zon door en bloeit het leven op. Mensen die ziek zijn worden genezen, mensen die gebonden zijn door demonen ontvangen hun leven terug, mensen die gebukt gaan onder hun zonden ontvangen vergeving, zodat ze rechtop door het leven kunnen gaan, zonder nog langer te doen alsof er niks aan de hand is.

Waar Jezus aanwezig is breekt de vreugde door. Daar wordt hartelijk gelachen. Daar is het feest. Hij wordt er door zijn strenggelovige tijdgenoten zelfs op aangesproken: maak je het niet te gek met al dat feesten met zondaren? Kan dat niet wat gematigder? Maar Jezus’ antwoord is kort en helder:
Bruiloftsgasten kunnen toch niet vasten zolang de bruidegom bij hen is? (Marc. 2:19).
Jezus trekt een spoor van leven en vreugde in het Joodse land. Wil je weten hoe Gods koninkrijk eruit ziet? Kijk naar Jezus, kijk naar de mensen om hen heen, daar wordt geleefd, genoten. Het eerste wonder dat Johannes noteert is een belangrijk signaal. Jezus verandert water in wijn (Joh. 2). Gods koninkrijk = goede wijn. Jesaja spreekt over uitgelezen gerechten en belegen wijnen (Jes. 25:6). Eten, drinken, genieten, dat lijkt toch wel verdacht veel op Prediker.

Tijdens de laatste paasmaaltijd zegt Jezus tot tweemaal toe dat brood en wijn vooruitwijzen naar het moment dat Gods koninkrijk definitief doorgebroken is. Brood en wijn verwijzen naar het feest van de toekomst. En in dát kader gaat Jezus dan spreken over zijn lijden en sterven. Brood en wijn verwijzen naar zijn leven dat Hij moet gaan geven om dat nieuwe pure leven mogelijk te maken.

Deze boodschap van het kruis is in Prediker niet zo te vinden. Maar wat er in Prediker wel heel duidelijk te vinden is, is de zinloosheid van het leven zonder de dood en opstanding van Jezus Christus. Prediker tekent heel realistisch de macht van het grote onrecht in deze wereld. Maar even realistisch tekent hij de ‘gewone’ zonden die hun weg vinden in het leven: hoogmoed, geldingsdrang, afgunst, corruptie, en de oerzonde: vergeten te leven als kind van de Schepper, vergeten te genieten. En Prediker tekent het totaal zinloze van de dood, het einde van alles.

In het lijdensevangelie zien we hoe Jezus door deze zinloosheid getroffen wordt. Zijn dood is meer dan zomaar een illustratie van de macht van het kwaad: “op de plaats waar recht gesproken wordt, heerst onrecht” (Prediker 3:16). Zijn dood is de ultieme manifestatie van het Kwaad. Het zijn de kleinmenselijke zonden van afgunst, geldingsdrang en corruptie waardoor Hij, Gods Zoon, moet sterven. En uiteindelijk loopt dat uit op de totale zinloosheid van de dood aan het kruis.

Maar juist door eraan te sterven overwint Jezus de machten van het kwaad, de zonde en de dood. Als Hij op de derde dag opstaat breekt het Leven door. De Opgestane breekt het brood in Emmaus en deelt ruimhartig brood en vis uit op een strandje in Galilea. Zijn dood en opstanding hadden als doel om het Leven weer mogelijk te maken. Om zondige mensen terug te roepen tot hun Schepper in een nieuw leven. Om onbezorgd en vrolijk, als kind van de Vader te leven in deze wereld.

De Bijbel spreekt op tal van plaatsen over het nieuwe leven dat eens volledig door zal breken als Jezus terugkomt. Dat is precies het omgekeerde van de treurnis die we lezen in Prediker 12:6. Geen kapotte waterput waardoor de weg naar het leven is afgesloten. Maar een heldere rivier die ontspringt aan de troon van God en die haar weg baant naar de zee, en waar het in de omgeving bruist van Leven. De Schepper zelf is er aanwezig (Ezechiël 47/Openbaring 22).

Vandaag lijkt de wereld weinig anders dan in de tijd van Prediker. Zo zinloos, leeg, op weg naar niks, tet kwaad te sterk, Gods plan onbegrijpelijk. Veel dingen die Prediker zegt blijven waar: probeer niet in je eentje de wereld te veranderen, het kwaad is te sterk voor jou, je gaat je eraan vertillen. Probeer niet te begrijpen waar God mee bezig is, daar krijg je hoofdpijn van. Maar leef, geniet, doe het goede, wees zelf een bron van leven voor anderen en spreek over God die schept, verlost en nieuw maakt. Niet alsof je alles begrijpt, maar wel in de wetenschap: ik leef liever als kind in de tuin van de Schepper, dan als een opgejaagd mens in de wildernis. Juist iemand die nederig met God leeft verspreidt een prachtig getuigenis.

Zo helpt Prediker ons om te zien dat dít leven verlost wordt. We hebben Prediker en trouwens ook de rest van het Oude Testament nodig om de boodschap van het evangelie op deze wereld betrokken te houden. Bonhoeffer verwoordde het zo:
Alleen wie zo houdt van het leven en de aarde, dat met het verlies hiervan alles hem verloren schijnt, mag in de opstanding der doden en een nieuwe wereld geloven.
Zo helpt Prediker ons om de zinloosheid van een wereld zonder Opgestane te doorleven. En tegelijk geeft Prediker steeds weer een klein visioen van het goede leven dat het doel van de verlossing is: eten, drinken en genieten. Onbezorgd leven, als een kind in de tuin van de Vader. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten